Een overzicht van wettelijke eisen aan permanente en tijdelijke dakrandbeveiliging in het Verenigd Koninkrijk en Europa.
Dakrandbeveiliging
Voorschriften Er zijn wereldwijd veel normen die betrekking hebben op zowel tijdelijke als permanente dakrandbeveiliging. In het VK en Europa zijn deze normen onder andere:
- Voorschriften t.b.v. Gezondheid en Veiligheid op de Werkplek 1992
- BS 6180 Veiligheidsbarrières in en om gebouwen 1999
- Het Bouwbesluit Deel K 2013
- VGM Specialistische Inspecteurs Rapport Nr. 15 1987
- BS 6399 Deel 1 Belasting van Gebouwen 1996
- BS 6399 Deel 2 Praktijkcode voor Windbelasting 1997
- Voorschriften t.b.v. Gezondheid en Veiligheid op de Bouwplaats 1996
- Veiligheid en Gezondheid bij Werken op Daken 2012
- EN 13374 Tijdelijke vloerrandbeveiligingen, Productspecificatie, Beproevingsmethoden 2013.
- EN 14122-3 Veiligheid van machines. Permanente toegang tot machines. Trappen, ladders en hekwerk 2010
- Voorschriften voor Werken op Hoogte 2005
De hierboven beschreven normen veroorzaken vaak verwarring wanneer men het hekwerk correct wil ontwerpen, omdat het in specifieke situaties aan hiervoor specifieke eisen moeten voldoen. Verder zijn er geen specifieke voorschriften voor systemen met contragewichten, die zowel gebruikt worden als tijdelijke als permanente oplossing, wat de verwarring verder in de hand werkt.
Wettelijke eisen in het VK
Het Britse Bouwbesluit Deel K schrijft voor dat hekwerk dient te bestaan uit minimaal 2 relingen met een minimale hoogte van 1100mm. De voorschriften voor de belastbaarheid komen uit BS 6399 Deel 1 1996 en vereisen dat het hekwerk een evenredige belasting van 0.74kN per meter kan weerstaan met een puntbelasting van 0.5kN.
In het Britse Bouwbesluit Deel K2 staat het onderdeel “Afschermen van onderhoudslocaties”. Clausule 3.4b stelt: “Als er minder dan een keer per maand toegang nodig is kan men eventueel volstaan met tijdelijke afscherming…” “Het Bouwbesluit (Ontwerp en Management) 2007 (CDM) en de Voorschriften voor Werken op Hoogte 2005 geven verdere specificaties voor deze oplossing.”
Wanneer de toegang tot de locatie strikt gecontroleerd wordt en niet zo vaak nodig is dan zijn de eisen aan de belastbaarheid van de randbeveiliging dus minder hoog.
Het Bouwbesluit (CDM) 2007 voegt toe dat er een risicoanalyse moet worden uitgevoerd om zich ervan te verzekeren dat het hekwerk geschikt is om vallen van zowel objecten als personen te voorkomen.
Wettelijke eisen in de EU
In EN 13374 staan alle eisen aan tijdelijke randbeveiligingssystemen in de EU. Waaronder dat deze vastgestelde minimale belastingen vanuit alle richtingen en over de hele lengte moet kunnen weerstaan. Deze norm is in 1997 geïntroduceerd en vervangt in het VK het VGM Specialistische Inspecteurs Rapport Nr. 15 1987, en andere Europese Normen. De Technische Commissie 53, Werkgroep 10 (TC53 WG10) heeft EN 13374 gereviseerd. Tijdens deze werkgroep-bijeenkomsten is besproken of permanente systemen met contragewichten in de titel van deze Europese Norm zouden moeten worden opgenomen. Helaas is deze wijziging niet doorgevoerd maar in het VK is het voorwoord van BS EN 13374-2013 wel aan deze systemen toegewijd. Dit voorwoord voegt over deze systemen toe dat: deze kunnen worden gebruikt wanneer men kan aantonen dat op de locatie: slechts een paar mensen per keer aanwezig zijn, de toegang tot de omgeving strikt gecontroleerd is, geen panieksituatie kan ontstaan, en geen publieke toegang heeft (bijv. onderhoudslocatie van apparatuur op het dak).
De Europese Norm verdeelt de randbeveiliging in 3 klassen.
- Klasse A 0-10 graden dakhelling
- Klasse B 10-30 graden dakhelling
- Klasse C 30-45 graden dakhelling
Alle klassen hebben eisen voor de statische belastbaarheid, en klasse B & C hebben ook eisen aan dynamische belastbaarheid; voor bijvoorbeeld het opvangen van een persoon die van het dak rolt en tegen de randbeveiliging aankomt.
Volgens clausule 7.3 dienen systemen met contragewichten getest te worden op de in de gebruikershandleiding vermelde maximale helling. De prestatie zal afhangen van de helling, de ondergrond (nat of droog) en of het dak een opstaande dakrand heeft. De fabrikant dient te laten zien dat het product voldoet aan alle normen voor de opstellingen waarvan zij claimen dat hun product geschikt is.
Vanwege de bovenstaande verwarring en onzekerheid hebben bedrijven onafhankelijke test-instituten ingeschakeld, zoals “The British Board of Agrément”. In situaties waarbij er geen specifieke normen van toepassing zijn op de producten is het essentieel om te tonen dat de producten geschikt zijn “voor deze specifieke situatie”.
EN 14122-3 Veiligheid van machines. Permanente toegang tot machines. Trappen, ladders en hekwerk 2010 Deze norm geeft de minimale gelijkmatig verdeelde belastbaarheid en de doorbuigingscriteria, maar zegt niks over dakhelling, dakbedekking, droge of natte omstandigheden, opstaande dakrand, of schoprand vereisten. Het is duidelijk dat de norm is opgesteld voor hekwerk binnen bedrijven en rond machines, toch wordt het vaak verkeerd ontworpen. De Franse versie voegt met NF E85-003 wel dynamische belasting toe.
Boven op deze eisen dient de randbeveiliging daarom, wanneer permanent geïnstalleerd, ook te voldoen aan de van toepassing zijnde windbelasting. In het VK staat deze in BS 6399 Deel 2 Praktijkcode voor Windbelasting 1997.
Standaarden voor Windbelasting – Europa
In Europa zijn de standaarden voor de windbelasting vastgelegd in Eurocode 1: Belastingen op constructies – Deel 1-4: Windbelastingen
Ondanks dat EN 13374 nu een inschatting van de windbelasting voorschrijft mag het duidelijk zijn dat windbelasting veel lastiger in te schatten is dan een persoon die tegen de randbeveiliging aanbotst. Daarom zou iedere professionele fabrikant opstellingen moeten specificeren die geschikt zijn voor de windbelasting in verschillende situaties en gebieden, afhankelijk van bijvoorbeeld hoogte en geografische locatie.
De Europese Richtlijn
DE Europese Richtlijn 89/391/EEC – OSH is ingesteld met als doel de deelstaten “maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers” in te laten voeren. In het VK is Voorschriften voor Werken op Hoogte 2005 onder deze richtlijn gepubliceerd en deze vult aan dat iedere verantwoordelijke die werk op hoogte aanstuurt is ervoor dient te zorgen dat dit veilig kan worden uitgevoerd. De randbeveiligingen moeten degelijk zijn en voldoen aan eisen om te voorkomen dat personen of objecten kunnen vallen.
Deze Voorschriften vervingen artikel 13 van de Voorschriften t.b.v. Gezondheid en Veiligheid op de Werkplek 1992 en artikel 6-8 van de Voorschriften t.b.v. Gezondheid en Veiligheid op de Bouwplaats 1996.
Volgens schema 2 uit het Voorschrift, “Constructiewerk” (Tijdelijke veiligheidsvoorzieningen) dient de bovenste reling of bovenkant van soortgelijke randbescherming op een hoogte van minstens 950mm te zijn. Schopranden dienen voldoende geschikt te zijn om vallen van een persoon, materialen of andere objecten van elke werkplek te voorkomen. De tussenliggende relingen dienen zo gepositioneerd te zijn dat de wederzijdse vrije ruimtes verticaal niet groter zijn dan 470mm.
In het VK moeten permanente barrières degelijk zijn en voldoen aan de eisen gesteld in Het Bouwbesluit Deel K wat betreft de hoogte. Een verticale vrije ruimte van kleiner dan 470mm is bij deze hoogtes in de praktijk niet haalbaar. Als de status van de locatie verandert van “waar werk kan plaatsvinden” naar “bouwplaats” dan worden de Voorschriften voor Werken op Hoogte van toepassing, Wellicht kan men in deze situatie schopranden of extra tussenrelingen plaatsen om aan het gestelde maximum van 470mm vrije ruimte te voldoen.
Conclusie
Het mag duidelijk zijn dat het nodig is de normen op een juiste manier te interpreteren om te kunnen concluderen of een bepaald product geschikt is. Veel fabrikanten claimen dat hun producten voldoen aan een bepaalde standaard, maar wat betekent dit?
Het is heel belangrijk dat de fabrikanten testrapportages van zowel interne als onafhankelijke testen kunnen laten zien. Deze rapportages bevatten belangrijke informatie over of het aangetoond is dat het systeem geschikt is voor de specifieke situatie waarvoor men het wil gebruiken. Denk hierbij aan:
helling, constructieve ondergrond, in natte en droge weersomstandigheden. En ook over hoe goed het scoort op de verschillende onderdelen, en of het systeem getest is met of zonder opstaande dakrand.
Wanneer we hekwerk gebruiken in een permanente toepassing (VK & Europa 1100mm hoogte) kan het mogelijk zijn dit te doen onder de EN 13774 norm wanneer de frequentie van gebruik en controle over de toegang in acht nemen. Er dient een degelijke risicoanalyse te worden gemaakt om te bepalen of het product geschikt is voor de situatie.
Uit de risicoanalyse kan blijken dat het niet nodig is om schopranden te plaatsen, of te voldoen aan een maximale vrije ruimte van 470mm tussen boven- en tussenreling. Het komt vaak voor dat volgens de voorschriften een permanent hekwerk nodig is maar dat men uitwijkt naar EN 13374 omdat de dakconstructie niet geschikt is voor de hogere belasting die komt kijken bij de voorschriften uit het Bouwbesluit of andere standaarden met betrekking tot permanente randbeveiliging.
Laatste berichten

Direct persoonlijk contact met VTD.
VTD Nederland is gespecialiseerd in de levering, inspecteren, opnemen en het installeren van valbeveiliging. Wij richten werkplekken op hoogte in.